Met Vlissingse Fles onderscheiden historicus alweer bezig met proefschrift. Peter van Druenen kijkt terug op een bewogen, maar mooi 2015
VLISSINGEN - Peter van Druenen heeft zaterdag uit handen van burgemeester Letty Demmers de Vlissingse Fles gekregen. Hij kreeg ‘de onderscheiding voor mensen die een bijzondere bijdrage leveren aan Vlissingen’ voor zijn monumentale stadsgeschiedenis ‘Vissers, Kapers, Arbeiders’, die bij de opening van het jubileumjaar in april werd gepresenteerd.
DOOR EUGÈNE DE KOK
Het was dan ook niet meer dan logisch Peter van Druenen te eren voor aanvang van het concert van de Vlissingse Oratorium Vereniging in de Sint Jacobskerk, de afsluiting van ‘Vlissingen 700 jaar stadsrechten’. De Vlissinger kijkt op een bewogen, maar mooi jaar terug. De presentatie in een volle Sint Jacobskerk was het eerste hoogtepunt. “Veel boekpresentaties vinden plaats in een achterafzaaltje met 30, 40 man. Ik had 800 mensen voor me. Ik had gevraagd mijn verhaal voor dat van Herman Pleij te mogen doen”, lacht hij. “Anders was de kans groot dat ik was weggeblazen.” Van Druenen bewaart de mooiste herinneringen aan het moment na de presentatie. “Ik zag een rij van 40, 50 mensen staan voor de tafel waar de boeken werden verkocht. Dat was een heerlijk gezicht.”
De Zeeuwse Boekenprijs ziet hij als zijn tweede hoogtepunt van 2015. Van Druenen werd zowel voor de juryprijs als publieksprijs net gepasseerd. “Daar baalde ik van, maar elk genomineerd boek had een ambassadeur. Over mijn boek hield hoogleraar Arjan van Dixhoorn voor de bekendmaking een toespraak. Hij zei dat het op wetenschappelijk gebied van on-Nederlands niveau was. Daar was ik zeer blij mee, want de wetenschappelijke kwaliteit is altijd het belangrijkste voor mij geweest. De wetenschap is namelijk mijn toekomst”, vertelt de 63-jarige Vlissinger, die in alle drukte rondom de stadsgeschiedenis dit jaar ook nog besloot tijdelijk terug te keren als directeur van zijn bedrijf Mixcom Media Group in Zwolle.
Vuistdik
Er zijn inmiddels zo’n 2200 exemplaren van ‘Vissers, Kapers, Arbeiders’ over de toonbank gegaan, een uitzonderlijk hoog aantal voor een vuistdik, wetenschappelijk boek. “Ik heb het naar zo’n tien tijdschriften gestuurd en inhoudelijk zijn alle reacties vrij lovend”, zegt Van Druenen. “Zelf kijk ik met een goed gevoel terug op het hele project. Voor uitgeverijen was dit boek in deze vorm te duur; je kunt er een spijker mee in de muur slaan, omdat het van optimale kwaliteit is. Na een paar gesprekken heb ik besloten het zelf te doen, maar wel op een nieuwe manier. In aanloop naar de presentatie heb ik gebruik gemaakt van social media zoals Facebook en mijn blog, gedrukte sociale media in de vorm van de Vlissingse Bode, waarin ik drie jaar lang elke week een verhaal heb gepubliceerd, en ik heb elke maand een lezing gegeven. Zo heb ik een klantenkring opgebouwd. Het is een nieuwe manier van uitgeven, maar wel eentje die heeft gewerkt.”
Een boek is een boek
Ook na de presentatie pakte Van Druenen het onorthodox aan. Op zijn website www.vlissingen700.nl publiceerde hij naast de voorstudies en verhalen uit de Vlissingse Bode het complete notenapparaat, het register en hij bood lezers de kans om te reageren en fouten door te geven. “Veel wetenschappers zitten nog te veel in het stramien van een boek is een boek. Ik zie het boek en de website als één geheel.” Volgens Van Druenen zouden wetenschappers en uitgevers een voorbeeld aan zijn aanpak moeten nemen. “Het is bijna stuitend om te zien hoe weinig er gebruik wordt gemaakt van de kansen die internet biedt. Als ik het zie, waarom zij dan niet? Ze durven te weinig buiten de lijntjes te kleuren.” Van Druenens nieuwe proefschrift over migratie in de 16e en 17e eeuw moet helemaal digitaal verschijnen. Hij is bezig met het ontwikkelen van een instrument om alle cijfers zo overzichtelijk mogelijk en in samenhang te presenteren. Hij hoopt het proefschrift, ondanks zijn drukke werkzaamheden, binnen afzienbare tijd te publiceren. “Er kwamen in de 16e en 17e eeuw ontzettend veel mensen vanuit Vlaanderen naar Zeeland, echt honderdduizenden. Binnen twintig jaar vormden zij de helft van de toenmalige bevolking. Ik wil in mijn proefschrift bewijzen dat we onze Gouden Eeuw voor een groot deel aan hen hebben te danken.”
Bron: De Vlissingse Bode, editie 22 december 2015
Foto: Peter Gielissen
Het boek 'Kapers, Vissers, Arbeiders. Vlissingen 700 jaar stadsrechten', geschreven door Peter van Druenen, is te koop bij de boekhandel en online te bestellen via: http://vlissingen700.blogspot.nl/p/home.html.
(176) Handel en avontuur in Vlissingen omstreeks 1600
In het vorige verhaal schreef ik over het verband tussen de komst van de spoorweg naar Vlissingen in 1873 en de start van de maildienst op Engeland in 1875. Ik stuitte bij het onderzoek voor dit artikel op een interessante passage uit een van de bronnen die ik heb gebruikt. Op pagina 15 van het jubileumboek “Honderd jaar Engelandvaart, 1875-1975” las ik het volgende: “… in de zestiende eeuw ontstond een koeriersdienst van Londen op Dover, die brieven en pakketten vervoerde. (…) Een aantal georganiseerde kooplieden had een eigen verzending, zoals de Merchant Adventurers tot omstreeks 1630 op Vlissingen”. Die laatste zin intrigeerde me, maar paste niet in het artikel over de posttreinen en de mailboten. De stoommachine was in 1630 nog niet uitgevonden en de eerste treinen zouden pas 200 jaar later gaan rijden. Ik wijdde er één zin aan en ging over tot de orde van de dag. Tijdens het schrijven van het artikel kon ik niet nalaten om tussen de hoofdstukjes door alvast wat onderzoek te doen naar deze Engelse handelsavonturiers die Vlissingen hadden uitgekozen als uitvalsbasis voor hun activiteiten in Europa. Dat onderzoek leverde veel informatie op, behalve een sluitend bewijs dat er door de Engelsen rond 1600 werd gehandeld vanuit Vlissingen. De stad die wél wordt genoemd als officiële plaats van vestiging, is Middelburg. Middelburg? Jazeker, onze buurstad die we kennen van de fraaie grachten met plezierbootjes en de kade langs het Kanaal door Walcheren waar af en toe een binnenvaartschip ligt afgemeerd, was in de zestiende en zeventiende eeuw een haven van belang, vele malen groter dan die in Vlissingen en, na Amsterdam, de tweede van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden, toentertijd een van de machtigste naties van de wereld. Het enige dat Vlissingen merkte van de Merchant Adventurers was het zicht op de vele Britse handelsschepen die langs de Scheldestad het zeegat in- en uitvoeren. De Vlissingers hadden het nakijken, zo leek het.
>> Lees verder
Afbeelding: Wapen en spreuk van de Merchant Adventurers: Dieu Nous donne bonne adventure
>> Lees verder
Afbeelding: Wapen en spreuk van de Merchant Adventurers: Dieu Nous donne bonne adventure
Abonneren op:
Posts (Atom)