(147) Een hele maand feest
Op 1 juni 1979 ging de eerste editie van het Straatfestival van start. De plaats van handeling was het Bellamypark en er was een reeks van uiteenlopende manifestaties en activiteiten georganiseerd. Op het programma stonden muziek, theater, exposities, folklore, dans, kinderspelen en film. De Ruyter Jaarmarkt en de jaarlijkse ringrijwedstrijd om het kampioenschap van Groot-Vlissingen maakten onderdeel uit van het festival dat een volle week zou duren. Op maandag 4 juni was er een popfestival waar Zeeuwse groepen optraden. De organisator was de Stichting Culturele Gemeenschap Vlissingen en het initiatief was in eerste instantie bedoeld als eenmalig. Op het programma stonden onder andere: Het Werktheater, Fanfare St. Juttemis, het Witte Circus, de popgroepen Cashmere en Winston, Barend Servet, Sjef van Oekel, Tiffany, Bonny St. Clair, Lee Towers, The Silver Eagle Express, The Riverside Combo, Kees van Eersel, Champagne en Springfield. De Zeeuwse popgroepen waren KFE, One Eyed Head, Chameleon, Dilemma en de Laurel Canyon Band. Het tamboer- en trompetterkorps Vlijt en Volharding en het Groot Vlissings Majorettepeloton completeerden de lange lijst met artiesten. De totale kosten bedroegen 65.000 gulden, een bedrag dat voor 10.000 gulden werd gedekt door de Provincie Zeeland. De organisatie sprak na deze eerste versie de hoop uit dat er een vervolg zou komen, het liefst als een tweejaarlijks evenement. Dat laatste gebeurde. Op 15 juni 1981 ging de tweede editie van start.
De optredens waren voornamelijk in de weekenden, waardoor het festival bijna een maand kon duren. Er waren meerdere locaties in de gehele binnenstad waar in totaal 44 officiële voorstellingen waren, afgewisseld met straatmuzikanten, draaiorgels, straatacrobaten, tekenaars, narren, jongleurs en komedianten. De grote trekker was op 26 juni de Engelse band The Cure. Vanaf 1983 vond het festival jaarlijks plaats, in de eerste jaren uitgesmeerd over twee weken en later, net als de eerste editie in 1979, geconcentreerd in één week. In 2008 kreeg het Straatfestival een nieuwe naam: Onderstroom. De opzet en de schaalgrootte veranderde: er werd gerekend op meer initiatieven vanuit de stad en het moest allemaal minder groots worden. Uiteraard speelde de steeds manifester wordende geldnood bij de gemeente Vlissingen in deze periode hierbij een grote rol. De eerste editie van Onderstroom vond plaats tussen 3 en 6 juli 2008. Geen week meer, maar een extra lang weekend van vier dagen. Er waren meer betaalde voorstellingen dan voorheen en er werd voor het eerst een eigen productie ontwikkeld: in het eerste jaar Met het oog op de Schelde, een theaterproject met en over het loodswezen. Inmiddels is die opzet weer uitgebreider geworden. Onderstroom werd in 2013 eenmalig uitgebreid met een wintereditie: Wonderstroom.