Op de hoek van Boulevard de Ruyter
en de Coosje Buskenstraat was altijd wat te doen. Althans, voordat in 1978 het
huidige appartementencomplex werd gebouwd. De dijk daar bestaat al zeker 700 jaar.
Eind 1500 werd er door de toenmalige heer van Vlissingen (Philips van Bourgondië) opdracht gegeven om de stad
te versterken met aarden wallen aan de landzijde en wallen met muurwerken aan
de zeezijde. Naast de bescherming tegen vijandelijke aanvallen vanuit zee moest
ze ook weerstand kunnen bieden aan het geweld van de zee zelf, in tijden van
storm en springvloed.
In de geschiedenis van deze hoek komen
geen grazende koeien, ruisende wouden of landelijke vergezichten voor. Het is
de geschiedenis van de stad zelf, van wonen, werken en recreëren, van oorlog en
vrede, van storm, springvloed en overstromingen. Het was het meest
noordwestelijke puntje van de stad en bood daarom de beste mogelijkheid om
binnenkomende schepen te ontdekken, alarm te slaan en ze zo nodig te
beschieten. Logisch dat er tot het begin van de negentiende eeuw geen echte
woonhuizen waren te vinden.
De eerste bouwwerken waren daarom vooral
fortificaties, kazernes en bunkers. In de Franse tijd werden er in de dijk
kazematten aangelegd om de Engelse schepen te kunnen aanvallen vanuit een
optimale dekking. In de loop van de
negentiende eeuw dacht men steeds minder vaak aan oorlogvoeren. Tijd voor
andere gebouwen dan verdedigingswerken. Gebouwen die bestemd waren voor wonen
en recreatie. Zoals de Sociëteit Unitas, die in 1897 werd gebouwd. Vanaf 1924
werd het verhuurd aan de Vlissingse
vrijmetselaarsloge L‘Astre de l’Orient. De locatie beviel blijkbaar goed, want
nog geen twee jaar later kocht de loge voor een bedrag van 10.300 gulden het
hele gebouw.
Gedurende het eerste oorlogsjaar
1940 werden de ondergrondse gangen opengebroken om dienst te gaan doen als
schuilkelders. De vrijmetselaars hebben er tot 1941 hun activiteiten kunnen
ontplooien. In dat jaar moest men stoppen en werden het gebouw en alle
bezittingen in beslag genomen door de N.S.B.. Die gebruikte het vanaf 1941 als
groepskringhuis. In dat zelfde jaar werd het door een bombardement zwaar
beschadigd. Na de oorlog werden de restanten van de Sociëteit gesloopt, om
plaats te maken voor hotel-restaurant “Delta” dat vooral bekend is geworden als
startpunt voor rijexamens. De vrijmetselaars mochten zich inmiddels weer
eigenaar noemen en zouden het in 1972 verkopen aan een ondernemer uit
Koudekerke. Deze gaf het pand een nieuwe bestemming en begon een bar-dancing
onder de naam “De Hooischuur”.
De nieuwe uitgaansgelegenheid
zorgde voor veel lawaai en drukte, vooral op de late avond en dat leidde tot
protesten van de omwonenden. Er waren zelfs huiseigenaren in de nabije omgeving
die hun huis te koop zetten. De Hooischuur heeft daarom niet lang bestaan en in
1977 werd het inmiddels dertig jaar oude gebouw gekocht door de firma Storimans
uit Tilburg. Deze wilde het vervangen door een complex van 21 luxe
appartementen. En daarmee begint de geschiedenis van het huidige gebouw die
vrij rustig was. Tot nu toe dan.