(59) Ontdekking: de fles van Vlissingen was een veldfles + update (juli 2022)

Een jaartje of tien geleden ontdekte ik in het archief van Antwerpen het eerste stadszegel van Vlissingen uit 1369. In dat zegel was een veldfles te zien en niet de enigszins protserige vaas die sinds eeuwen het stadswapen siert. Het zegel was niet compleet, en dat was jammer, want het is het enige object waar de veldfles is te zien. Tot afgelopen vrijdag 15 juli 2022. 

Ik ontving een mail van het Antwerpse archief dat bij restauratiewerkzaamheden van de zogenaamde Privilegiekoffer (de oudste bewaarplaats van de Antwerpse archieven: zie de foto) een flink stuk van het ontbrekende deel van het Vlissingse zegel is teruggevonden. Op twee kleine stukjes na kan het stadszegel nu dus volledig worden gereconstrueerd. Ik slaap er nu al bijna niet van!

Peter van Druenen

WAAR KOMT HET STADSZEGEL VANDAAN?

Op woensdag 4 oktober 1369 schreef het stadsbestuur Vlissingen een brief aan het stadsbestuur van Antwerpen. De brief was met geschoolde hand geschreven op perkament en voorzien van het stadszegel van Vlissingen. In het midden van het zegel was een veldfles afgebeeld zoals die in de veertiende eeuw werd gebruikt door reizigers en pelgrims. Vanwege het veer naar Vlaanderen, waarmee al sinds de tijd dat het eiland nog Vlaams grondgebied was, reizigers over de steeds breder wordende Honte werden verplaatst, maar ook omdat Vlissingen een bedevaartsoord was, waren dit soort flessen niet meer weg te denken uit het stadsbeeld. De fles op het zegel was omringd door zes ronde versieringen met ieder drie, rondom een knop gerangschikte blaadjes die doen denken aan een driebladerige klaver en waarschijnlijk bedoeld waren als versiering in de gotische stijl, een zogenaamde driepas. Rondom de blaadjes woekerden kleine takjes groen. De rand van het zegel, dat was gegoten in groene was, vermeldde de naam van de stad. Het zegel was van een zeer verfijnde kwaliteit en dat was opmerkelijk, omdat Vlissingen ondanks haar stadsrechten die in 1315 waren toegekend door graaf Willem III, nog steeds het karakter en aanzien had van een eenvoudig vissersdorp. Er waren geen stadsmuren, wallen of grachten en er woonden hooguit 300 mensen.

De brief zelf was kort: de bestuurders van Vlissingen verklaarden dat de Antwerpenaren al 54 jaar verse en gezouten haring kochten van Vlissingse vissers. Zij wezen daarbij op de lange geschiedenis van deze handelsrelatie en op het wederzijds vertrouwen dat was ontstaan. De vondst van de brief en het zegel is zeer belangrijk voor de geschiedschrijving van Vlissingen. Tot nu toe werd aangenomen dat de koppeling tussen stad en fles, op fabels en sterke verhalen berustte. Het nu ontdekte stadszegel geeft in ieder geval zekerheid over het bestaan van deze connectie en zegt tevens iets over de redenen waarom de stad dit gebruiksvoorwerp in de loop van de veertiende eeuw als het belangrijkste symbool van de stad ging beschouwen: het drukke verkeer van mensen, vooral reizigers, maar ook pelgrims, langs de Vlissingse haven.


Burgemeester en schepenen van Vlissingen verklaren dat de visverkopers van Antwerpen al 40 jaar verse en gezouten vis kopen op de markt van hun stad (Gemeentearchief Antwerpen).