(30) Hoe Vlissingen aan zee kwam te liggen

Nadat Vlissingen in 1315 stadsrechten had gekregen en er in korte tijd drie havens waren gegraven aan de zuidoostkant waar de stad rechtstreeks aan de Schelde lag, kwamen er meer dan een eeuw geen uitbreidingen. Er kwam wel wat huizen bij, maar het grondgebied van Vlissingen werd niet groter. Ook de haven kende na 1308 nauwelijks uitbreidingen. Ze voldeed volledig aan de verwachtingen en de eisen die men stelde en het was niet nodig om opnieuw een groot geldbedrag te investeren in een uitbreiding. 

Daar kwam bij dat er door natuurgeweld nog al wat veranderde aan het grondgebied van de stad. Het was de eeuw van de grote stormvloeden en Vlissingen zag in die periode meer dan de helft van haar grondgebied in zee verdwijnen. De Vlissingers moeten hieraan hun handen vol hebben gehad. Voor de haven, de handel en de scheepvaart hadden de overstromingen ook voordelen: de bereikbaarheid van Vlissingen over zee en vanuit Antwerpen was nóg beter geworden en de havens van Brugge en Gent slibden verder dicht met de inmiddels bekende gevolgen voor hun concurrentiepositie. 

Het is onwaarschijnlijk dat er bij deze stormvloeden delen van de stad zelf verloren zijn gegaan. De beschikbare bronnen spreken alleen over het verdwijnen van het polderland dat het bebouwde deel van de stad scheidde van de kuststrook enkele honderden meters verderop in westelijke richting. Het was de periode waarin de definitieve kustlijn van de stad, zoals we die nu nog steeds kennen, ontstond. Hierna grensde dit deel rechtstreeks aan de zee, beschermd door zware dijken. Aan de zuid- en de oostkant van de stad verdween eveneens veel grondgebied, maar ook hier betrof het waarschijnlijk geen bebouwde stadsdelen. Wel is er sprake van een ‘Galgenveld’ dat al omstreeks 1331 ten prooi viel aan de golven en nu ergens ten zuiden van de Oranjedijk in zee moet liggen. Maar met een beetje verbeeldingskracht ….